zondag 17 april 2016


Andy

Nieuwe afdelingshoofden willen nog wel eens frisse ideeën hebben.    Zo ook Willem Hillenius kort na zijn aantreden in 1980 bij NOS Grafisch Ontwerp. Eens in de maand, zo stelt hij voor, mogen de verschillende teams bij toerbeurt een filmavond verzorgen voor de collega ontwerpers. Mijn team valt de eer te beurt het spits af te bijten. Recalcitrant als wij zijn, besluiten wij Andy Warhol als filmregisseur centraal te stellen. The Couch (1964), wellicht zijn meest spraakmakende film, lijkt ons voor de gelegenheid een geslaagde keuze. Meteen maar de toon zetten. Tot zover niets aan de hand. Denken wij. Wat wij ons niet gerealiseerd hebben: van deze 16 mm film bevindt zich geen exemplaar in Neder- land. Alleen het MOMA en The London Film Museum beschikken over een kopie. Het lijkt ons het handigste om de Londense te lenen. Shipping? No way! krijgen we te horen. Na dagen van overleg - zowel intern in het museum, als met de verzekeraar, als met ons - komt het verlossende woord uit Londen. De filmrol mag voor deze ene projectie heel even het land uit, mits continu bewaakt door een meereizende museummedewerker. Huur, verzekering, reis- en verblijfkosten komen voor rekening van de huurder. Pardon? Met lichte schroom brengen wij ons  afdelingshoofd de onverwachte tijding. Nu wil het geval dat in de jaren tachtig de bomen tot in de hemel reiken, dus krijgen wij na wat overtuigingswerk het groene licht.
Een week later stapt een Londense museummedewerker met de waardevolle bagage op de trein. In Sheerness neemt hij de nachtboot naar Vlissingen en stapt vervolgens op de trein naar Hilversum. Ruim op tijd arriveert hij in het NOS Hoofdgebouw. Tot het moment van aanvang laat hij de film geen seconde onbeheerd. De man waakt erover alsof het zijn kind is. ’s Avonds in het filmzaaltje legt hij de film in de projector en wijkt niet van zijn plaats ernaast. Wanneer de collega’s het bewierookte zaaltje betreden, komen zij gelijk in de juiste sfeer. Aan de wanden hangen grote zwart/wit portretten van Warhol en enkele stills uit zijn films. Naast de katheder staat een meer dan manshoge groene fles Andy Allesreiniger opgesteld, als eerbetoon gemaakt door de collega’s van de decorafdeling. Drugsgebruik is echter niet toegestaan, kinder-achtig. Ik houd mijn inleidend praatje en wens mijn gehoor een aangename voorstelling. Hierop verlaat de fles  Andy – waarin zich een stagiair bevindt – geheel in stijl het zaaltje, de aanwezigen in verwarring achterlatend. Op teken start de museumman hoogstpersoonlijk, want één van de voorwaarden, de projectie. Wat de nietsvermoedende collega’s te zien krijgen, doet hun wenkbrauwen fronsen en hun oren gloeien. De ruim vijftig minuten durende zwijgende zwart/wit film toont ‘wellustige hoogstandjes’, uitgevoerd op een bank in The Factory. Beroemde Underground figuren als Baby Jane Holzer, Allen Ginsberg en Taylor Mead geven acte de présence. Al na enkele minuten wordt duidelijk dat er noch van enige plotontwikkeling noch van dialoog sprake is en zal zijn. Het aanwezige publiek begint zich merkbaar ongemakkelijk te voelen. Vijftig minuten kunnen dan lang duren. De ruimte voortijdig verlaten, zou gezichtsverlies betekenen, dus houdt iedereen tanden-knarsend dapper vol. Als het verlossende licht aangaat, verlaten de collega’s met een weeïg gevoel in de onderbuik het zaaltje. De museum-man bergt de film weer veilig op. De nachtboot naar Sheerness haalt hij niet meer, dus laat hij zich per taxi naar hotel Gooiland rijden. 
Het volgende team staat voor een lastige taak. Fanfare van Bert Haanstra wellicht …?
(c) Frans Lasès

Geen opmerkingen:

Een reactie posten